Achter de schermen bij Zand erover | Deel 4 | Ik ben de hoofdpersoon niet (een verhaal over acteren en Helen Helmink)

De hoofdpersonen in mijn boeken zijn jonge vrouwen. Misschien schrijf ik ooit nog een boek over een man van 85, een kind van 9, een eenzame alien of een verschrikkelijke vampier, maar tot nu toe hou ik het bij hoofdpersonen van hetzelfde geslacht en min of meer dezelfde leeftijd. Het grote gevaar daarbij is dat mensen denken dat ík de hoofdpersoon ben. En ik kan het niet vaak genoeg zeggen: Dat. Is. Niet. Zo.

Echt niet. Ik ben de hoofdpersoon niet. Er is niets leukers dan zelf personages bedenken en alles wat daarbij hoort. Natuurlijk word ik beïnvloed door de mensen om me heen. Zoals ik al schreef in mijn blog over inspiratie: je hoort verhalen en meningen en ziet hoe mensen in het leven staan en uiteraard neem ik dat mee. Ook praat ik op een bepaalde manier en hoezeer ik ook probeer iemand een eigen stem te geven: je kunt er niet omheen dat de mensen in mijn omgeving gaan denken: het is net of ik Elsbeth hoor praten.

De hoofdpersoon van Zand erover is Fien. Een vrouw van begin dertig die van Rotterdam naar Vlieland verhuist omdat ze het in haar eigen stad behoorlijk heeft verpest. Op alle mogelijke gebieden. Ze heeft geen relatie, geen baan en eigenlijk ook geen vrienden meer. Ze heeft een paar zeer foute keuzes gemaakt. Ze is geen slecht persoon en ik snap ook echt waarom ze die keuzes maakte. Ik kan me goed in haar inleven en ik begrijp waarom iemand op die manier kan reageren op stress en problemen. Wil dat zeggen dat ík die keuzes zou maken? Nee. Absoluut niet. Maar ik heb dan ook een ander verleden en een andere instelling. Ik zou het heel naar vinden als de mensen in mijn omgeving zouden denken dat dat wel zo was. Of dat ze zouden denken dat mijn relatie te vergelijken is met de relaties die voorkomen in het boek. Zand erover staat dichter bij me dan de Barista!-reeks, maar tegelijkertijd staat het verhaal verder van me af dan ooit.

Vergelijk het met acteren. Als ik een rol zou spelen in een soap, doe ik dat met mijn eigen lichaam, mijn eigen stem en mijn eigen manier van praten. Maar ik bén die persoon niet. Schrijven is voor mij echt acteren. Ik kruip in de huid van iemand anders en af en toe staat er heus wel iets waar Elsbeth de auteur het mee eens is, maar ook heel vaak niet.

Ik vind het altijd absurd als acteurs op straat worden aangesproken op hun rol. De acteur die Ludo in Goede Tijden Slechte Tijden speelt wordt ook in de supermarkt boos aangekeken als hij iets vervelends heeft gedaan in de serie. Belachelijk natuurlijk. Wie doet dat nu? Hoe ongelooflijk irritant is dat? Ahum.

media_xl_294711

Dit brengt me bij Helen Helmink. Vanaf de allereerste aflevering van Goede Tijden Slechte Tijden in 1990 was ik verslaafd (ik haakte 10 jaar geleden voorgoed af). Wat een spanning, wat een intriges (wat een goedkope bordkartonnen decors…). En Peter Kelder (Antonie Kamerling)… zucht… In de serie zat ook een wat oudere vrouw. Helen Helmink, gespeeld door Bruni Heinke (het eerste seizoen door iemand anders, waardoor ik tien jaar later nog ‘de nieuwe Helen’ zei). Ik was samen met een paar vriendinnen nogal geobsedeerd door Helen. We vonden haar mega-irritant. Misschien omdat ze ‘drugs’ uitsprak als ‘dwugz’, ik heb geen idee. Bij ons in het dorp zat zo’n winkel voor slechthorenden en die hadden een grote kartonnen Helen Helmink in de etalage staan, want Helen (oké… Bruni…) maakte daar reclame voor. Een vriendin van mij ging daar bijna iedere week langs om te vragen of ze die mocht hebben. Want we wilden er een dartbord van maken. Het mocht nooit.

Maar goed, wat ik wilde vertellen: er was toen nog geen internet zoals het er nu is en iemand, ik weet niet meer wie, van ons vriendinnengroepje, was erachter gekomen dat Helen Helmink in het telefoonboek van Amsterdam stond. Of Bruni Heinke de actrice bedoel ik dan. Er stond ‘Heinke, Bruni. Actrice’. Met daarachter haar adres en telefoonnummer. Wij vonden dit zo ongelooflijk geweldig (nogmaals… geen internet…) maar we wisten niet zo goed wat we daarmee moesten. Toen was het oud & nieuw. Ik heb geen idee hoe oud ik precies was maar het moet toch echt wel 16 of zo geweest zijn. Want we waren nog na twaalf uur bij mij thuis aan het hangen. En ik weet ook niet of er alcohol (passoa-jus, mmm) aan te pas was gekomen. Maar iemand bedacht diep in de nacht dat we met de vaste telefoon in de keuken van mijn ouders Helen Helmink moesten bellen om haar een gelukkig nieuwjaar te wensen.

En dat deden we. We kregen haar antwoordapparaat en hebben vervolgens allerlei vreemde dingen geschreeuwd die alleen maar met de serie te maken hadden. Dat ze moest oppassen voor haar vreemde vriendin want die ging haar ontvoeren. En dat Peter haar zoon was en dat haar nepzoon niet echt was. Zoiets. Bij deze: lieve Bruni Heinke (ze leeft nog, ik heb het opgezocht): sorry. Het spijt me verschrikkelijk. Ik wist heus wel dat je een actrice was en niet echt mevrouw Helmink.

De moraal van dit verhaal: Bruni Heinke is Helen Helmink niet. Ik ben de hoofdpersoon uit mijn boeken niet. (En zet je telefoonnummer niet openbaar in het telefoonboek als je in een soap speelt, want je weet nooit wat irritante tienermeisjes daarmee gaan doen).

Zand erover verschijnt 21 januari. Hij is al te reserveren.